zondag 1 januari 2012

Daar ben ik dan


Jarenlang verkondig ik het al aan iedereen die het wil horen: ik hoef geen kinderen.

En dat is nog maar de gekuiste versie. Als ik op dreef raak, vertel ik hele verhalen over mijn observaties van het ouderschap:
Over het een verwoestend effect op je lijf. De meeste moeders die ik zie, hebben hun buik niet meer onder controle. Per kind krijg je een extra wal onder je ogen.
Over het verwoestend effect op je carrière. Moeders die nog 2 hooguit 3 dagen een flauw administratief baantje hebben. Enige ambitie om hogerop te komen verdwijnt omgekeerd evenredig aan het groeiend aantal verhalen over de kinderen.
Over het verdwijnen van alle schaamte. Moeders met wie ik samenwerk vertellen schaamteloos de meest intieme details. Ik weet van collega’s die ik niet bijzonder aardig vind in welk standje ze junior gemaakt hebben. Gruwelijke details over de geboorte van junior zijn mij allemaal ter ore gekomen zonder ernaar te vragen.
Over het snel kleiner worden van je leven. Moeders zijn alleen nog maar moeder. Elke gedachte, elk gesprek, elk winkeluitje is aan junior gewijd. Verre reizen staan niet meer op het programma. Vanaf nu is het ieder jaar Centerparcs in Zeeland.
Over het chronisch slaaptekort. Nooit meer lekker uitslapen tot 10 uur (of nog wel langer, dit is de bescheiden versie) omdat er een wakker kind naast je bed staat. Geen luie zondagochtendseks omdat er een wakker kind naast je bed staat. En geen nachten van 8 uur ongestoord slapen, omdat er een wakker kind naast je bed staat!

Ik weet het zeker. Ik hoef geen kinderen.

Niet alleen deze nadelen van het ouderschap houden me tegen. Want als ik heel eerlijk ben, denk ik dat de bevalling –ik heb al veel gruwelverhalen gehoord en gelezen – en de lichamelijke ongemakken nog het minst erge zijn. Want daarna heb je een kind. Een kind dat volledig van jou afhankelijk is. Nou realiseer ik me terdege dat mijn beeld van kinderen misschien negatief gekleurd is door de krijsende monsters op tv in programma’s zoals supernanny. Maar ik zie ook genoeg “normale” kinderen om me heen die ik voor een paar minuten wel leuk vind en daarna liever kwijt dan rijk zou zijn. Kinderen die in de supermarkt aan mama’s jas hangen en maar blijven zeuren om snoepjes. Kinderen die gillend door het huis rennen om hun energie kwijt te raken. Kinderen die op het terras zitten te klooien met glazen en flesjes – ondanks herhaaldelijke verzoeken te stoppen -  totdat er uiteindelijk iets kapot valt. Kinderen die mama geen enkel normaal gesprek meer laten voeren omdat ze iedere twee minuten om aandacht komen vragen. En met vragen bedoel ik dan, “mama mama mama mama mama mama mama” roepen totdat mama het niet meer kan negeren.

Ik weet het zeker. Ik hoef echt geen kinderen.

En nu heb ik er een.  Officieel is hij niet van mij. Sinds een jaar heb ik een vriend en die heeft een zoontje van 6. Hij woont doordeweeks bij zijn moeder en in het weekend bij zijn vader. Dus als ik mijn vriend in het weekend wil zien, krijg ik er een kind gratis en voor niks bij.
Ik heb het er nog maar moeilijk mee. Mijn gevoel en vooroordelen over kinderen zijn nog niet veranderd. Maar ik heb in de weekenden nu wel een jochie om me heen rennen.
In het begin van de relatie probeerde ik het contact te beperken, onder het mom van: hij moet ook quality time met zijn pa kunnen doorbrengen, zonder dat hij de aandacht van zijn pa met mij moet delen.
Maar nu, na een jaar, gaat die smoes bij zowel mijn vriend als zijn zoontje niet meer op. Mijn vriend wil graag dat ik een band met hem opbouw. Zijn zoontje vraagt naar mij als hij mij een tijdje niet meer gezien heeft.

Het is tijd voor actie.
Ik besef dat een groot gedeelte van mijn problemen met kinderen voortkomt uit mijn vooroordelen en omdat ik maar weinig ervaring heb met kinderen. Het spreekwoord luidt “onbekend maakt onbemind.” En dus heb ik besloten om het onbekende te leren kennen. Ik word stiefmoeder.  

Geen opmerkingen:

Een reactie posten

LinkWithin

Related Posts Plugin for WordPress, Blogger...